De religie achter de pandemie.
Eens droomde ik dat ik liep, door grauwe straten in een grijze stad gelegen in een doods land. Af en toe gepasseerd door een mij angstvallig vermijdende gemaskerde schim. Mijn reis voert langs gesloten deuren, verlaten bedrijven en lege etalages. Elke uiting van genegenheid door een gemaskerde brigade meedogenloos afgestraft.
Al meer dan een jaar leven we in een totaal absurde werkelijkheid. Een wereld waar de media waarheid tot leugen en leugen tot waarheid verklaard. De politie niet meer beschermd tegen geweld maar geweldpleger is geworden. Artsen openlijk meewerken aan het ongezond maken van de bevolking en de gezondheidszorg door uitgestelde zorg, mondkapjesplicht en isoleren van kwetsbare mensen verworden is tot ongezondheidszorg. Rechters niet meer rechtspreken en mensenrechten er niet meer toe doen. De democratie zichzelf op democratische wijze heeft uitgeschakeld en leugens naast een gebrekkig geheugen de politieke norm zijn geworden. Goedwerkende medicijnen worden verboden en een experimentele gentherapie direct of indirect wordt afgedwongen. In plaats van eenzaamheid te bestrijden is sociale isolatie de norm geworden. Sociaal gedrag en menselijkheid wordt afgestraft en verwerpelijk gedrag en dehumanisatie wordt aangemoedigd.
Binnen een jaar heeft het kwaad zich ontmaskerd en moeten wij ons maskeren. Alle maatregelen wereldwijd zijn erop gericht om de sociale cohesie te verbreken en mensen te isoleren. Het machiavellisme wat zich kenmerkt door een totaal gebrek aan moraal en recht, voert hoogtij. De spelers voeren manipulatie en misleiding tot een ongekend en zelfs absurd niveau op. Enkele hoofdrolspelers hebben ironisch genoeg recent zelfs de
Machiavelliprijs gekregen. De prijs die jaarlijks wordt toegekend voor 'een opmerkelijke prestatie op het gebied van publieke communicatie'. Het is denk ik geen toeval dat de meeste artikelen hierover in de oude media de naamgever van de prijs alle eer aan doen.
Deze welhaast dystopische wereld is zonder noemenswaardige weerstand door de angst voor een virus over ons uitgerold. Een virus wat qua mortaliteit in de range van een middelzware tot zware seizoensgriep ligt. Ook vallen bij dit virus vooral de slachtoffers onder mensen van boven de zeventig jaar met onderliggend lijden. Toch wordt het door een groot deel van de wereldbevolking beleefd als een herhaling van de Spaanse griep. Een virus met een veel hogere mortaliteit, wat vooral huis hield onder de jongere groep van de bevolking.
De griepgolf die eind jaren zestig de wereld rondging als de
Hong Kong griep lijkt totaal uit het collectief geheugen te zijn gewist. Dit terwijl een groot deel van de wereldbevolking het bewust heeft meegemaakt. De mortaliteit en de symptomen van dit virus waren vergelijkbaar met het huidige virus. Net als nu werd vooral het oudere deel van de bevolking met onderliggend lijden getroffen. Anders dan nu liepen ook zwangere vrouwen een verhoogd risico. Toch ging het leven in deze turbulente jaren gewoon door. In het dagelijks leven leek het niet te bestaan en de velden bij het Amerikaanse Bethel stroomden tijdens deze pandemie gewoon vol voor het beroemde
Woodstock festival.
Er was geen massale politieke en media aandacht voor dit virus. Geen dagelijkse berichtgeving over het aantal ziekenhuis opnamen, geen horrorverhalen en talkshows. Ook werd er geen testmaatschappij ingesteld en speelde het virus geen noemenswaardige rol in het maatschappelijk debat en leven. Het werd beleefd als een zware griepgolf die zoals elke griepgolf zijn tol eiste. Men neemt aan dat dit virus uiteindelijk is gemuteerd naar een milde griep waar we nog steeds jaarlijks mee geconfronteerd worden.
Ook speelt de vraag hoe het mogelijk is dat de meeste kerken zichzelf zo buitenspel hebben laten zetten. Kerken die voorheen tijdens humanitaire crisissituaties een tegenstem en toevluchtsoord vormden, lijken voor een groot deel zelfs helemaal mee te gaan in het narratief. Een situatie die doet denken aan het Duitsland van de jaren dertig.
Een groot deel van de wereldbevolking noemt zichzelf religieus of is op enige wijze levensbeschouwelijk georiënteerd. In tijden van nood biedt een religie of godsdienst troost en perspectief. Wij hebben nu te maken met maatregelen die tegen vrijwel alle traditionele religieuze overtuigingen in gaan. Dit is alleen mogelijk als deze maatregelen zijn geworteld in een vergelijkbaar religieus systeem. Met andere woorden, de lichamelijke gezondheid lijkt religieuze vormen aangenomen te hebben. Artsen zijn de herders over ons lichaam en de medische wetenschap de heilige leer waar niet tegen gezondigd mag worden.
Net zoals de aflaathandel vroeger voor de Rooms Katholieke kerk een lucratief verdienmodel vormde, is nu de gezondheid een lucratief verdienmodel. In de vroege dagen van de medische wetenschap was er een strijd tussen twee fundamentele opvattingen over ziek zijn. Zonder hier diep op in te gaan, ging de ene theorie uit van een invasieve en specifieke oorzaak van ziek zijn, terwijl de andere theorie meer uitging van een lichamelijk holistische oorzaak. Buiten het wetenschappelijk bewijs, was de eerste theorie ook aantrekkelijk als verdienmodel. In tegenstelling tot de holistische theorie kon aan elke kwaal verdiend worden. De huidige religieus aandoende status van gezondheid stelt de gezondheidsindustrie in staat hierin verder te gaan dan ooit. Het religieuze verdienmodel is verheven boven de rechten van het individu. Voor velen zelfs boven het zelfbeschikkingsrecht over het eigen lichaam.
De religieuze status wordt ook pijnlijk zichtbaar in de paradigma verschuiving van het begrip naastenliefde. Dit ging van nabijheid en onvoorwaardelijkheid naar afstand en voorwaardelijkheid. Waar de sluier en hoofddoek er naar men aanneemt lang over hebben gedaan heeft om een religieus symbool te worden, is het gezichtsdoekje in een razend tempo, weliswaar met veel dwang, het symbool van deze religie geworden. Wetenschappelijk is in diverse studies aangetoond dat gezichtsmaskers niet de verspreiding van een virus tegengaan en zelfs ongezond zijn. Toch wordt de symboliek en het geloof in een welhaast mystieke werking van deze doekjes levend gehouden.
Ook het offer ontbreekt niet. Het woord offer is afgeleid van het Latijnse woord offerre, wat 'aanbieden' betekent. Van oudsher vereist de bezwering van een grote angst een offer. Met andere woorden, voor bescherming of hulp betaal je. Deze betaling geeft tegelijkertijd ook betekenis aan de hulp of bescherming. Voor een goede advocaat betaal je meer dan voor een minder goede. In religieuze context betekent het offer in de meeste religies en godsdiensten een uiting van dankbaarheid en het delen van gaven.
In het Drents museum kunnen we het veenlijk van het meisje van Yde bekijken. Het meisje moet rond 16 jaar oud geweest zijn en haar gewelddadige dood kan duiden op een offer. In de natuurgodsdienst van die tijd offerden de mensen in hun angst voor de natuurkrachten hun kostbaarheden en soms zelfs hun kinderen. Dit is lang geleden en het idee van religieuze kinderoffers wordt nu als weerzinwekkend ervaren. Toch worden kinderen en jongeren nu collectief opgeofferd voor een beleid op aannames en geloof in het narratief.
De psychische en sociale schade is enorm en kinderen die midden in hun ontwikkeling zitten gaan deze schade hun hele leven meedragen. Terwijl deze leeftijdsgroepen niets te vrezen heeft van dit virus wordt hun toekomst geofferd. Ook leidt dit beleid tot een piek aan suïcide en suïcidale gedachten bij jongeren, waarbij de vergelijking met het meisje van Yde zich opdringt. Naast de kinderoffers zijn ook de materiële offers op grote schaal weer ingevoerd. Een groot deel van het mkb wordt gedwongen hun hele bezit en levenswerk op te offeren.
In deze sfeer moet ik denken aan een poort met het opschrift 'Laat varen alle hoop, gij die hier binnentreedt'. De poort die de Florentijnse dichter Dante Alighieri in de 14e eeuw beschrijft in zijn epos over de reis door de hel. Het is de poort naar knechting en overgave. Tegelijkertijd zijn er veel mensen die kritisch naar de ontwikkelingen durven kijken en zich niet door deze poort laten drijven. Het woord vrijheid krijgt weer betekenis en de hoop op vrijheid doet leven. Zoals de Duitse predikant en verzetsstrijder Dietrich Bonhoeffer in antwoord op het naziregime zo treffend wist te verwoorden: 'Gehoorzaamheid handelt zonder vragen, vrijheid vraagt naar betekenis'.